Frans Vogel
11 maart 1936 – 19 februari 2016, Rotterdam
Frans Vogel (1935-2016) was dichter, copywriter, fotomodel, columnist, beeldend kunstenaar, provocateur, bon vivant en een legende in de kunstscene van Rotterdam.
Hij publiceerde de dichtbundels Te gek moment & andere gedichten (1996), Het onaandoenlijk hart (72 bpm) (2000) en Gelukkig maar (2008). Victor Vroegindeweij en Jeroen S. Rozendaal maakten de documentaire Frans Vogel – Te gek moment in 2005.
Ter gelegenheid van Vogels 80e verjaardag verscheen voorjaar 2015 het boek Ken zó in Boijmans – Frans Vogel 80 over zijn leven en werk (samenstelling Hansje de Reuver, Erik Brus en Pieter Kers, Studio Kers) bij de gelijknamige expo in galerieWind.
De zee, de zee: vol dode vogels
Terugdenkend sip ik weer over
mijn naamgenoten in het Franse,
die langs de kustlijn en tot zover
het oog reikte op ’t deinend dansen
der golven crepeerden in d’olie –
en op het strand. Zoals toen te zien
in het Journaal op televisie.
Met alle nare close-ups van dien.
’t Was een ornithologische ramp
die had kùnnen worden voorkomen,
vond Greenpeace. Helaas, dit nu ziende,
blíjft nochtans het zijn omgekomen
door onderkoeling, ademnood, kramp
van zoveel gevederde vrienden.
Kruistocht in spijkerbroek
’t Is hartje winter en bij de tramhalte
giert een venijnige oostenwind
mij frontaal tegemoet:
adembenemend.
Vanboven, in mijn vanbinnen
gewatteerde leren jack,
is het nog te harden.
Maar vanonder, in mijn goeie,
ouwe, versleten Wrangler,
sta ik rillerig op de tocht:
de ijzige stormwind doorwoelt
mijn kruis en vernikkelt
bijkans mijn scrotum.
Terwijl ik, besef ik, daar
geen bal, ja geen zak
aan kan doen.
Gelaten denk ik:
nou ja, laat maar waaien.
Maar gelukkig, daar hebbie
waratje de tram: einde kruistocht.
(’t Zal godverdomme tijd worden!)
Nieuwe Delftse Poort (NDP)
Chaos, puin, roet, as en kraters,
Ondergelopen kelders, zwarte waters:
Rotterdam, verraderlijk gebombardeerd,
Kwam ten val, werd zwaar gemutileerd;
Rechtte zich nochtans de rug en stond
Andermaal kaarsrecht boven de grond.
Als toonbeeld van haar onverwoestbaarheid
Troont hier de NDP: hardstalen feit
Zomer in Rotterdam
Nou de stad van gloeiend beton is,
doorklief je het beste nog de Maas
per watertaxi: langs je kanis
strijkt dan een briesje – vlindergeraas.
De ‘stuur’ koerst aan op Hotel New York,
waar je van boord stapt naar het terras
om te gaan lunchen met knife & fork:
top is het leven, ’t ligt waterpas.
Tink'lende glazen, een schaterlach.
Scheepshondgeblaf, heel in de verte.
Een heli- chopt retour zo ie kwam.
Wijl de havens rondom met hun pracht
je niets doen dan wereldofferte:
profiteer – zomer in Rotterdam!
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
4 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
2 gedichten
3 gedichten
2 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
2 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
1 gedicht
2 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
4 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
1 gedicht
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
2 gedichten
2 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
4 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
4 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
1 gedicht
3 gedichten
3 gedichten
1 gedicht
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten
3 gedichten